XVII.1 |
Antiinfectieuze geneesmiddelen die tot de volgende groepen behoren: |
|
|
XVII.1.1 |
antibiotica alleen of onderling geassocieerd. |
B-162 |
|
XVII.1.2 |
sulfamiden. |
B-163 |
|
XVII.1.3 |
antivirale farmaca voor de lokale behandeling van herpetische keratitis. |
B-164 |
|
XVII.1.4 |
antibiotica alleen of onderling geassocieerd. |
C-36 |
XVII.2 |
Anti-inflammatoire geneesmiddelen die tot de volgende groepen behoren: |
|
|
XVII.2.1 |
corticoïden alleen. |
B-165 |
|
XVII.2.2 |
corticoïden geassocieerd met een antibioticum. |
B-166 |
|
XVII.2.3 |
corticoïden geassocieerd met een sulfamide. |
C-24 |
|
XVII.2.4 |
progestagenen alleen of geassocieerd met een vasoconstrictor. |
B-167 |
|
XVII.2.5 |
niet-steroïde antiinflammatoire farmaca. |
B-198 |
|
XVII.2.6 |
niet-steroïde antiinflammatoire grondstoffen samen met een antibioticum. |
B-234 |
|
XVII.2.7 |
Corticoïden alleen |
Fb-11 |
XVII.3 |
Geneesmiddelen, alleen of geassocieerd, specifiek bestemd voor de behandeling van glaucoom. |
B-168 |
XVII.4 |
Substituten van het corpus vitreum, gebruikt tijdens oftalmologische heelkunde. |
B-169 |
XVII.5 |
Anticoagulantia. |
B-170 |
XVII.6 |
Adjuvantia bij oogchirurgie van de voorste oogkamer. |
B-228 |
XVII.7 |
Geneesmiddelen bestemd voor de behandeling van subfoveale chorioïdale neovascularisatie van het klassieke of predominerend klassieke type. |
B-252 |
XVII.8 |
Geneesmiddelen bestemd voor de behandeling van maculadegeneratie. |
B-287 |
XVII.9 |
De geneesmiddelen bestemd voor de behandeling van de choroïdale neovasculaire leeftijdsgebonden maculadegeneratie |
Fb-1 |
XVII.10 |
Antineovascularisatiegeneesmiddelen, bestemd voor de behandeling van retinale aandoeningen verbonden met neovascularisatie. |
B-329 |
XVII.11 |
Antineovascularisatiegeneesmiddelen, bestemd voor de behandeling van retinale aandoeningen verbonden met neovascularisatie. |
Fb-3 |
XVII.12 |
Lokale oftalmologische peparaten die met name mengsels van aminozuren bevatten en specifiek bestemd zijn voor de behandeling van erfelijke metabolische anomalieën die de oorzaak kunnen zijn van een handicap welke door die preparaten kan worden voorkomen of behandeld. |
A-137 |
XVII.13 |
Andere geneesmiddelen voor oftalmologisch gebruik |
B-359 |